Meer personen met een handicap helpen

vrijdag, 24 januari, 2020

Mozaïek 4: Meer personen met een handicap helpen

Historiek
Het beleidsveld Personen met een Handicap kende de voorbije twee regeerperiodes een fundamentele hervorming. Het beleid inzake personen met een handicap werd ingrijpend gewijzigd op basis van het Perspectiefplan 2020.
In 2016 en 2017 werd gefaseerd het systeem van persoonsvolgende financiering (PVF) voor meerderjarige personen met een handicap ingevoerd. De invoering van PVF betekende het installeren van nieuwe procedures voor het aanvragen van zorg en ondersteuning, het omschakelen van zorgaanbieders die gesubsidieerd worden volgens erkende capaciteit (“plaatsen”) naar vergunde zorgaanbieders die middelen genereren vanuit de inzet van persoonsvolgende budgetten, en het hanteren van een kader voor de inzet en verantwoording van de individuele persoonsvolgende budgetten, in cash en in voucher. Ook het systeem registreren en prioriteren van vragen naar (middelen voor) zorg en ondersteuning werd bijgestuurd en er werden aangepaste principes ingevoerd die gehanteerd worden bij het ter beschikking stellen van persoonsvolgende budgetten. Zo worden in bepaalde situaties “automatisch” budgetten ter beschikking gesteld (lees: zonder prioritering en dus zonder wachttijd) en is er verder een centrale, Vlaamse lijst van zorgvragen, chronologisch geordend op datum van aanvraag in een van drie onderscheiden prioriteitengroepen (3 = minst prioritaire dossiers).
In 2017 werden alle toenmalige meerderjarige gebruikers van zorg in natura, van PAB (Persoonlijke Assistentie Budget) en van PGB (Persoonsgebonden Budget, tijdelijk experimenteel opzet) omgeschakeld naar het nieuwe persoonsvolgende financieringssysteem. De erkende en gesubsidieerde capaciteit binnen de niet-rechtstreeks toegankelijke hulp –de middelen van het Flexibel Aanbod Meerderjarigen (FAM)- werd omgezet naar individuele persoonsvolgende budgetten. Hierbij werden de historisch gegroeide verschillen tussen de voorzieningen in het eerste luik van de transitie mee vertaald in de persoonsvolgende budgetten. Om deze verschillen recht te trekken is er een tweede luik aan de transitie: in 2018 werden de individuele persoonsvolgende budgetten een eerste keer gecorrigeerd waarbij de grootste verschillen werden weggewerkt door het toevoegen van extra middelen (correctiefase 1), voor zo’n 12,4 miljoen euro.
In de periode 2020-2027 vindt een tweede correctie plaats waarbij een feitelijke herverdeling van de beschikbare middelen wordt doorgevoerd (correctiefase 2). Hiermee trekken we de historisch gegroeide ongelijkheden recht en zorgen we voor gelijke budgetten bij gelijke zorgzwaarte.

De uitdaging
Dat de noden voor personen met een handicap blijven toenemen, zal niemand verbazen. Met de sterke stijging van het budget –van 1 naar 1,75 miljard euro op 10 jaar tijd – zijn we er onder andere in geslaagd 25000 personen te helpen die nu via een persoonsvolgend budget eigen keuzes kunnen maken. Daarnaast maken 10.000 kinderen en jongeren gebruik van niet-rechtstreeks toegankelijk hulp, worden 26.000 mensen ondersteund door de diensten voor rechtstreeks toegankelijk hulp en kunnen 47.000 mensen een beroep doen op tussenkomsten voor hulpmiddelen en woningaanpassingen. Rekening houdende met de overlap tussen deze vormen worden ca. 100.000 mensen geholpen met het budget voor personen met een handicap. Op die weg willen we verder gaan.
Een van de uitdagingen daarbij zijn de zgn. automatische rechtentoekenningen. Het gaat hierbij om mensen met een handicap die omwille van hun specifieke situatie automatisch recht hebben op een persoonsvolgend budget, bijvoorbeeld omdat zij in een noodsituatie verkeren (zoals het plotse wegvallen van familiale steun door overlijden). De verwachting is dat dit de komende 5 jaar over zo’n 10 000 aanvragen gaat.
De Vlaamse Regering voorziet in deze legislatuur 300 miljoen uitbreiding binnen het beleidsdomein personen met een handicap. In de vorige legislatuur werd 330 miljoen euro uitbreidingsbeleid voorzien, maar daarbij werden heel wat middelen ingezet voor de doorstart van het zorgbudget (het toenmalige basisondersteuningsbudget of BOB). In deze legislatuur investeert de Vlaamse Regering dus opnieuw een bedrag van dezelfde grootte-orde in uitbreiding en wegwerken van wachtlijsten.
Door de te verwachten groei van de automatische rechtentoekenningen, zou er met de voorziene budgetten slechts ruimte zijn om nog 600 personen met een handicap te helpen die nog geen ondersteuning hebben en die ook niet onder de automatische toekenningen vallen.

Het doel
We willen meer mensen helpen zodat de wachtlijst wordt afgebouwd. Daarom nemen we maatregelen om niet alleen aan de wettelijke verplichtingen te kunnen voldoen maar ook om perspectief te bieden voor de wachtenden.
Om oplossingen te zoeken is aan het VAPH en haar adviesorganen gevraagd om maatregelen voor te stellen die ruimte creëren en die ook tegemoetkomen aan de conclusies van het PVF-congres van juli 2019 . Beide voorwaarden zijn samen te vatten in de volgende principes:
● We zetten de bijkomende middelen in waar ze onmiddellijk een verschil maken
● We kennen gelijke budgetten toe voor gelijke zorgnoden
● We helpen meer mensen met dezelfde middelen
● We vereenvoudigen waar mogelijk
● We zetten meer middelen in voor de rechtstreekse ondersteuning van mensen en minder voor structuren
In het door de Vlaamse regering goedgekeurde besluit nemen we maatregelen, die passen binnen deze afspraken.

De maatregelen
Om met de beschikbare middelen meer mensen te ondersteunen en tegelijk te zorgen voor vereenvoudiging, beperken we het aantal uitzonderlijke procedures.
- Opheffing van de uitzonderingsprocedure 7/7: gebruikers die in 2016 in een voorziening verbleven kunnen onder bepaalde voorwaarde een verhoging van hun budget vragen (van 5 dagen woonondersteuning naar 7). Om meer mensen een budget te geven, heffen we deze procedure op. Sedert de invoering van deze procedure, ontvingen 586 personen met een handicap hierdoor een verhoging van hun budget. Zij behouden dit ook, we raken niet aan verworven rechten. Ook voor anderen blijft een verhoging van het budget mogelijk, via de standaard aanvraagprocedure. In noodsituaties kan de procedure noodsituatie oplossingen bieden.

- Aan het einde van de vorige legislatuur werd een Besluit van de Vlaamse Regering m.b.t. de rechtstreekse financiering van enkele plaatsen voor meerderjarige personen met dubbeldiagnose goedgekeurd. Dit besluit maakt extra middelen vrij voor 3 personen in Vlaanderen. Deze voorziene middelen werden nog niet geactiveerd. Daarom stellen we voor dit besluit terug op te heffen. Ook deze uitzonderlijke maatregel zorgt voor een bijkomende complexiteit die niet in verhouding staat tot de meerwaarde voor een zeer beperkt aantal mensen.

- De zorgcontinuïteit vanuit multifunctionele centra (MFC) blijft mogelijk vanaf 21 jaar. De aanpassing om dit vervroegd mogelijk te maken vanaf 18 jaar wordt niet doorgevoerd. De uitstroomleeftijd vanuit een MFC naar een persoonsvolgend budget benadert ook in vele gevallen de leeftijd van 21 jaar, omdat weinig jongeren een MFC verlaten op de leeftijd van 18.

- In het kader van administratieve vereenvoudiging voeren we een maatregel door die de wachtenden onmiddellijk ten goede komt. Personen die in 2016 op de wachtlijst stonden, werd een budget en prioriteit toegewezen. Zodra zij aan de beurt komen, kunnen zij onmiddellijk starten met de besteding van hun budget. Ze moeten dan niet langer nog eens de reguliere procedure te doorlopen, zoals vandaag het geval is.

- Er komen meer en nieuwe budgetcategorieën die nauwer aansluiten bij de zorgvraag en ondersteuning van de persoon met een handicap. Personen met een handicap zullen dus in de toekomst een budget krijgen dat preciezer aansluit op hun noden. Deze nieuwe budgetcategorieën worden nu ook geïntegreerd binnen de verschillende procedures. In eerste instantie binnen de toekenning van budgetten in kader van een noodsituatie en spoedprocedure.
Bestaande rechten blijven gegarandeerd
Deze maatregelen raken niet aan de rechten die iemand in het verleden reeds verwierf. Het betekent wel dat personen met een handicap sommige procedures niet meer kunnen starten. Zoals reeds aangegeven willen we de extra middelen inzetten voor zij die nog helemaal geen ondersteuning genieten.

De resultaten
De maatregelen die we nu nemen laten ons toe om 2300 personen met de grootste zorgnood te ondersteunen binnen deze legislatuur. Dat zijn er 1700 meer dan indien we geen maatregelen nemen. Buiten deze maatregelen worden ook 10.000 personen geholpen via de automatische toekenning. In totaal zullen dus 12 300 bijkomende personen met een handicap de volgende jaren een persoonsvolgend budget krijgen.
Meer zekerheid voor de persoon met een handicap i.k.v. correctiefase II
In het kader van correctiefase II nemen we ook een aantal begeleidende maatregelen. We komen hiermee tegemoet aan enkele terechte vragen.
● Personen voor wie het PVB wordt stopgezet als gevolg van correctiefase 2 krijgen nog tot 1 april 2020 de tijd om kosten in te dienen die ze maken voor het betalen van vergoedingen bij het verbreken van lopende arbeidscontracten.
● De RTH-punten die nodig zijn om de ondersteuning van de individuele gebruiker te continueren worden toegekend aan de vergunde zorgaanbieder die de gebruiker vandaag ondersteunt en niet aan de vergunde zorgaanbieder die de ondersteuning bood op 31 december 2016.
● Budgethouders die conform de toepassing van correctiefase 2 afgeleid zouden moeten worden naar RTH, maar op 1 november 2019 geen enkele overeenkomst meer hebben met een vergunde zorgaanbieder, is het continueren van de ondersteuning via RTH erg moeilijk; we voorzien daarom voor deze groep gebruikers uitzonderlijk een PVB van beperkte budgethoogte.
● Los van deze beslissing voorzien we ook nog bijkomende middelen om de personen die sterk dalen in budget mee te ondersteunen. Dit door een samenwerking op te zetten tussen gebruikersverenigingen, bijstandsorganisaties en de diensten ondersteuningsplan. De samenwerking en de inzet van de expertise rond de persoon biedt mogelijkheden in het zoeken naar alternatieve oplossingen.
● Eind 2019 werd aan de zorgaanbieders de mogelijkheid geboden om in te tekenen op een individueel coachingstraject om hen te ondersteunen op weg naar sociaal ondernemerschap. 29 zorgaanbieders zijn hierop ingegaan.

Meer info: 
Vlaamse regering
Bron: 
Vlaamse regering